Blog Image

blog

Mélisande

Notities Posted on 6 februari 2018 10:47

Na mijn passage in Berg en dal op Klara (hier nog te beluisteren) werd het tijd om nog eens naar muziek van een mannelijke componist te gaan luisteren en kijken: Pelléas et Mélisande van Claude Debussy (1862-1918) in de opera in Antwerpen. Een bespreking van deze (knappe en aanbevelenswaardige) productie, in handen van de choreografen Sidi Larbi Cherkaoui en Damien Jalet en de performancekunstenares Marina Abramović, laat ik over aan terzake meer beslagen recensenten. Ik reken het tot mijn ‘taak’ een half gelijknamig en vroeger werk van een vrouwelijke componiste onder de aandacht te brengen.

(Foto: Rahi Rezvani)

In 1893 ging in Parijs het theaterstuk Pelléas et Mélisande van de Gentse symbolist Maurice Maeterlinck in première. Het werk inspireerde vele componisten, onder wie behalve Claude Debussy ook Gabriel Fauré, Jean Sibelius en Arnold Schönberg. Mel Bonis (1858-1937) was echter als ‘eerste’ klaar. Deze Parisienne componeerde in 1898 haar eendelige pianowerk Mélisande, dat nog datzelfde jaar verscheen bij uitgever Leduc. Claude Debussy bleef twaalf jaar schaven aan zijn bewerking, die, toegegeven, van een heel ander kaliber is. In 1902, het jaar waarin Debussy’s opera Pelléas et Mélisande in première ging, begon Schönberg aan zijn symfonisch gedicht.

Is het omdat Bonis’ interpretatie van Maeterlinck, in vergelijking met die van haar mannelijke collega’s, van omvang vrij bescheiden is dat ze systematisch over het hoofd gezien wordt? Zij noemde Mélisande alvast haar lievelingsstuk. Ook ik kan het best appreciëren. Op zich is dit aanvankelijk zacht vloeiende en gestaag opwindender pianostuk al mooi. Maar als je je het verhaal erbij inbeeldt, en bovendien de omstandigheden kent waarin het werk gecomponeerd is, krijgt het nog een extra dimensie.

Verstrikt

Je ziet en hoort Mélisande in haar torenkamer haar lange blonde haar kammen, terwijl Pélleas beneden onder haar venster toekijkt. Tot ze plots haar hoofd buigt en Pélleas in haar haren verstrikt raakt. ‘Ik heb nog nooit zulk haar als het jouwe gezien. Het komt van zo hoog, maar omhult me tot aan mijn hart. Het is zo zacht. Door je haren kan ik de hemel niet meer zien. Hoor je mijn kussen langs je haren omhooggaan?’

Maeterlincks toneelstuk is au fond het relaas van een noodlottige driehoeksverhouding. Dat Mélanie Bonis er inspiratie in vond, is wellicht niet toevallig. Het was de periode waarin ze zelf verstrikt zat in een verboden liefde. Mélanie was al enige tijd getrouwd, echter geenszins met de man van haar keuze. Op het conservatorium, waar ze overigens een medestudente was van Debussy, had ze een relatie aangeknoopt met een zanger, Amédée Hettich. Toen haar ouders dat te weten kwamen, verplichtten ze Mélanie haar studies, waar ze sowieso al niet achter stonden, onmiddellijk af te breken. Ze gingen op zoek naar een ‘betere’ huwelijkskandidaat voor hun dochter en vonden die in de rijke industrieel Albert Domange, 22 jaar ouder, twee keer weduwnaar en vader van vijf zonen. ‘Als men mij de liefde verbiedt, ga ik voor het geld’, zou Mélanie geoordeeld hebben.

Maar Hettich kwam opnieuw in haar leven en in het grootste geheim beviel ze van hun dochter, Madeleine. Voor de diepgelovige vrouw was het een zware beproeving. Pas twintig jaar later zou ze, onder druk van de omstandigheden, Madeleine opbiechten wie haar ware ouders waren. Het was Mélanies achterkleindochter Christine Géliot die een eeuw later het geheim voor het grote publiek onthulde in de biografie Mel Bonis, Femme et ‘Compositeur’. Meer details over Mel Bonis’ turbulente leven zijn te lezen in Vrouw aan de piano.

Femmes de légende

De Parijse componiste heeft nog zes andere vrouwenportretten uit de mythologie en de literatuur op muziek gezet: Desdémone, Phoebé, Salomé, Viviane, Omphale (in 1910 bekroond bij een Duitse compositiewedstrijd) en Ophélie. Volgens biografe Christine Géliot identificeerde Mélanie Bonis zich met al deze legendarische vrouwen, die stonden voor haar verlangens en innerlijke conflicten. Ophélie is pas in 1997 ontdekt en een jaar later voor het eerst uitgegeven. Daarop heeft het Duitse Furore Verlag de zeven werken gebundeld als Femmes de légende.

Van de zeven werken kan het melancholische Desdémona mij het meest bekoren. Het staat, samen met Mélisande en ander klavierwerk, op de cd La cathédrale blessée van Veerle Peeters, die ons Mel Bonis enkele jaren geleden heeft leren kennen met haar muziektheatervoorstelling Mel Bonis m/v.

La princesse Maleine

Over Maurice Maeterlinck nog dit. Ook de componerende zussen Nadia en Lili Boulanger hadden een goede verstandhouding met de Gentse Nobelprijswinnaar. In 1916 kreeg de toen 23-jarige Lili zijn toestemming het theaterstuk La princesse Maleine te bewerken tot een opera. Eerder had Debussy daar tevergeefs om verzocht. Helaas is het nooit zo ver gekomen. Lili was op dat moment al doodziek, twee jaar later is ze overleden. Wat haar opus magnum moest worden, is onafgewerkt gebleven.

Info

Mélisande, in een uitvoering van Sylvia Maltese, is te beluisteren via YouTube.
Femmes de légende, in een uitvoering van Maria Stembolskaia, is te beluisteren via YouTube.
• De cd La cathédrale blessée van Veerle Peeters is verschenen bij Etcetera.
• Foto: Pelléas et Mélisande, OperaBalletVlaanderen, Rahi Rezvani



Taalfout?

Notities Posted on 13 januari 2018 15:50

De ultieme drukproef van Vrouw aan de piano is nagelezen, de persen kunnen beginnen te draaien. Spannend.

Hoeveel fouten heb ik laten staan? Hopelijk geen inhoudelijke – die misschien alleen ingewijden zullen opmerken. Maar wat met de kleine tikfoutjes en grote taalblunders? Die zullen mij als gewezen eindredactrice met jaren ervaring op de teller wellicht het zwaarst aangerekend worden. Er zijn immers weinig excuses voor aan te dragen. Tenzij tekstblindheid. Fouten in een zelf geschreven tekst detecteren is nu eenmaal een moeilijk te nemen klif. Je leest wat je denkt dat er staat.

Zo spotte een lieve nalezer in de laatste versie nog ergens orkestkleden. Hij had het woord onderstreept, maar dan nog moest ik twee keer kijken. (Had ú die letter te veel meteen gezien?) Elders merkte hij op dat twee woorden wel erg dicht tegen elkaar plakten. Inderdaad: de spatie ontbrak. En moest Wilrijk in die ene passage niet Berchem zijn? Hoe had ik me in hemelsnaam daarin kunnen vergissen?

Waar ik me echter niet in heb vergist, beste lezer/es, is de consequent aangewende verbinding vrouwelijke componiste. U had het in mijn notities of op mijn website misschien al opgemerkt en de wenkbrauwen gefronst. Is dat niet van het goede te veel, nogal tautologisch? Moet dat niet gewoon componiste? Of vrouwelijke componist, zonder -e, zijn?

Ik kan u verzekeren: dat is een weloverwogen keuze, een van mijn stokpaardjes. Componist is voor mij in de praktijk immers geen genderneutrale (‘gemeenkunnige’) functieomschrijving. Voor mij is een componist een man, geen geslachtloos individu.

Nu besef ik maar al te goed dat niet alle (componerende en musicerende) vrouwen gediend zijn van die benadrukking van een vermeend onderscheid. Ze willen muzikant, componist of dirigent genoemd worden, niet muzikante, componiste of dirigente. Want sekse mag er toch niet toe doen? Het is de muziek die telt! En gelijk hebben ze. Ik begrijp ook hun achterliggende vrees: benadrukking van de sekse heeft al te vaak geleid tot marginalisering. Om te overleven moet je, in de woorden van componiste Annelies Van Parys, one of the guys zijn.

Voor haar boek The Woman Composer voerde Jill Halstead gesprekken met een tiental Britse 20ste-eeuwse componistes. De meesten uitten een grote behoefte om geaccepteerd en gewaardeerd te worden binnen de traditie en het establishment waarin ze hun muzikale en culturele waarden opgedaan hadden. Ze wilden dat hun muziek aanvaard werd als muziek, niet als drager van een politieke boodschap. Daarom wilden de meesten ook niet benaderd worden als woman composer. Want je zegt toch ook niet man composer?

‘In een ideale wereld is er geen behoefte aan categorisering volgens gender,’ beseft Halstead, ‘maar onze taal en cultuur gaan impliciet uit van vrouwelijke onzichtbaarheid. Het is een vaststelling waar we niet onderuit kunnen en die we onder ogen moeten zien. De niet-gekwalificeerde term composer is zo verzadigd met de notie mannelijkheid dat hij geen genderkwalificatie behoeft.’ Met andere woorden: je hoeft inderdaad niet ‘mannelijke componist’ te zeggen, want men gaat ervan uit dat een componist sowieso mannelijk is.

Zal dat niet veranderen als meer vrouwen aan het componeren slaan? Toen ik ter afronding van mijn studie Germaanse filologie een licentiaatsverhandeling schreef over vrouwelijke beroepsnamen, zo’n dertig jaar geleden, was dat ook al het meest aangehaalde argument: wacht nog even tot vrouwen overal zijn doorgedrongen en we zullen niet meer automatisch aan mannen denken bij een op zich genderneutrale functieomschrijving.

(Foto: Facebook/myrna herzog)

Ik heb slecht nieuws. Nog geen week geleden liet mijn man me op zijn smartphone een foto zien van een kostbare viola da gamba die gehavend uit een vliegtuig gekomen was. Hij had het nieuwsbericht gelezen op een Engelse website en vertelde me erbij dat de muzikant – the musician – woedend was op Alitalia.

Ik zag een rood aangelopen man voor ogen bij wie, volkomen terecht, de stoom uit de oren kwam. Groot was mijn verbazing toen ik de volgende dag in de papieren krant las dat het beklaagde slachtoffer een dirigente was. Een vrouw dus. Zelfs in een wereld waarin zoveel vrouwen – wellicht evenveel als mannen – muziek beoefenen, blijven we – geef maar toe, u ook – in de eerste plaats aan mannen denken bij het woord muzikant. (Weinig consequent noemt De Standaard het slachtoffer Myrna Herzog wel dirigente en muzikaal directeur, niet directrice, van het Duitse Phoenix Ensemble.)

Wat de Australische Dale Spender al in 1980 in haar boek Man Made Language stelde, gaat helaas nog steeds op: ‘Mannelijkheid is de ongemarkeerde vorm: verondersteld wordt dat de wereld mannelijk is tenzij anders aangetoond. Vrouwelijkheid is de gemarkeerde vorm: het is het bewijs van het ander.’

En daarom moeten vrouwen, of ze nu willen of niet, expliciet aangeven dat ‘de norm’ voor hen niet opgaat. Wil je het probleem van seksisme, net zoals dat van racisme of klassenonderscheid, aanpakken, dan moet je eerst de classificatie zichtbaar maken, oordeelt Halstead. Daarom vindt de autrice van The Woman Composer het voorvoegsel woman zeker te verantwoorden, ondanks alle negatieve connotaties die daar vaak mee gepaard gaan.

En ja, in het Nederlands kan die sekse op een dubbele manier onderstreept worden: vrouwelijke componiste. Inderdaad omdat we componist in mijn ogen niet de ene keer als mannelijk en de andere keer als genderneutraal kunnen beschouwen.



« VorigeVolgende »